vrijdag 14 december 2018

Mijn laatste aanwinst...onbekend en een gokje; Ohio Sound PLX-3100



Al struinend op marktplaats kom je soms nog wel eens wat verrassends tegen. Meestal weet ik wel wat ik zoek en wat voor iets er aangeboden wordt, maar in dit geval niet.

Het ging om een eenvoudig, maar zwaar ogende eindversterker van het merk 'Ohio Sound', type PLX-3100. Nooit van gehoord, dus maar snel eens Google-en. Helemaal niets dus behalve een paar obscure hits; een of andere vage toko uit Tilburg die destijds audio apparatuur bouwde voor de horeca. Het bleek een bedrijf van de bekende Jac van Ham te zijn, die groot is geworden in de gokindustrie, o.a. met gokkasten en casino's. Maar goed, die beste man heeft begin jaren 70 dus ook een bedrijf opgericht om audio apparatuur aan de horeca te leveren: Ohio Sound.

Onbekend bakbeest gesignaleerd!


Ik vond nog een grappig filmpje over de produktielokatie in Tilburg.

Omdat er niets te vinden is over dit type versterker wil ik jullie wat foto's van het binnenleven niet onthouden.
Zo hoort een degelijke amp opgebouwd te zijn. Met aan beide kanalen speakerrelais

8 TO3 torren; 4 voor ieder kanaal
4 BDX 67C en 4 BDX 66C, ik gok zo'n 200 watt @ 8ohm per kanaal


Jawel; DIN aansluitingen!

QC bij Ohio Sound

Een dikke voeding + voedingselco's (waarde niet te zien)

Ik was aangenaam verrast door wat ik binnenin de versterker aantrof. Het geheel deed mij wat Amerikaans aan en deed me denken aan het ontwerp van de Dynaco ST-150 versterkers. Gewoon, lekker rechttoe - rechtaan. Ook het gewicht van een dikke 12 kilo duidt op kwaliteit.
Maar nu natuurlijk de grote vraag; klinkt dat dan een beetje? Na een eerste snelle test los op de eindversterker alleen was ik geneigd dit te ontkennen. Het geluid was te aanwezig en met name de middentonen. Toch kon ik merken dat de amp spierballen had en uit zichzelf al een mooie bas kon produceren.

OK, proef 2, maar nu met mijn Toshiba SY-330 voorversterker er voor. Ja, dat klonk al een stuk beter! Ik kon al veel meer detail horen en het schelle mid was verdwenen. Ik stond verbaasd over het gemak waarmee mijn testspeakers (KLH-31's) zich lieten aansturen door deze zware jongen. Ook bij hoger volume bleven ze zich netjes gedragen en goed klinken. Dat heb ik wel eens anders meegemaakt! Het toont natuurlijk alleen maar aan dat deze versterker goed en schoon kan leveren, over de kwaliteit van het geluid is nog moeilijk wat te zeggen na zo'n beperkte test.
Het paar Acoustic Research AR5's wat ik u nog aan het restaureren ben, is de volgende kandidaat. Ik ben erg benieuwd hoe dat gaat klinken.Dan ook iets meer tijd om te luisteren...

Wie weet, misschien toch nog een onontdekt pareltje van Nederlandse bodem? ;-)

vrijdag 1 juni 2018

Even voorstellen en een korte historie

Beste audioliefhebber,

Welkom op mijn blog over 1 van mijn geliefde hobby; audio! Of om meer specifiek te zijn; audio apparatuur en dan het liefst vintage!

Eerst even iets over mezelf. Ik heet Peter Blom, ben 47 jaar oud, gelukkig getrouwd en gezegend met 3 lieve mooie dochters.
Van jongs af aan ben ik al gek geweest op audioapparatuur. Dat begon al toen ik als pre-tiener zat te spelen met de Philips radio die op onze keukentafel stond. Een mooi degelijke bruine draagbare transistorradio met cassette van Philips. Mooie zware druktoetsen en een prachtig vol geluid dat een beetje schril afstak tegen het goedkope cassetteklepje dat soms vanzelf openging.

Die zou ik nog wel op mijn tafel willen zien staan



In de kast hadden we de Perpetuum-Ebner (de PE2001 VHS3) van mijn vader staan. Een fantastische draaitafel met geïntegreerde versterker en zo'n mooi platenwisselaar asje er op waarmee je meerdere platen achter elkaar kon laten spelen.

Recht, hoekig en oerdegelijk

De PE heeft aardig geleden toen ik hem van mijn vader kreeg als eerste stereootje om mee te spelen. Het schaamrood komt nog op m'n kaken als ik er aan denk wat ik deze mooie klassieker heb laten doorstaan. 1 ding is zeker; kwaliteit was het, dat ding bleef gewoon doorgaan! Overigens hoorden bij deze PE ook twee alleraardigste breedband speakertjes, waar ik toen overigens niet zo'n hoge dunk van had. Alles moest op die leeftijd hard zijn en veel bas hebben, niet echt iets waar deze oudjes aan kunnen voldoen.
Toch lang plezier van gehad naast de Hitachi radio die ik daar op aangesloten had, waarbij de PE duidelijk liet merken dat ie meer verstand van mooi geluid had dan de Hitachi ;-)

De echte openbaring kwam na de PE toen mijn vader de complete set van de blueline van Pioneer kocht (de SA-508 versterker, TX-608 tuner, CT-F650 tapedeck en de PL-300 platenspeler. Wow, wat heb ik wat uurtjes achter dat ding doorgebracht! Supergeluid en übercool met die mooie silverplates en blauwe fluorescente (fluro-scan) verlichting. Het gevoel wat die apparatuur toen bij mij opriep is voor mij de benchmark voor kwaliteit geworden, ook vandaag nog. De meeste apparatuur van grofweg mid 70 tot eind 80-er jaren is buitengewoon goed geengineerd (uitzonderingen daargelaten) en staat bol met allerlei functionaliteiten. Daarna is audio apparatuur naar mijn mening steeds meer verworden tot een 'wegwerp' product. Natuurlijk is het segment top-audio er ook nog, maar dan spreken we over een heel andere prijsklasse. Goede audioapparatuur voor 'de gewone man' is helaas toch gedegradeerd tot goedkope kant-en-klaar boomboxjes, mediacenters en mindere varianten op Sonos. Maar goed, dat is voer voor een andere keer!

Liefde op het eerste (zilver)gezicht!

We spoelen even in de tijd vooruit tot omstreeks 1990/1991 toen ik naar Groningen verhuisde voor mijn studie en op kamers ging. Eindelijk eigen woonruimte en natuurlijk hoog tijd voor mijn eerste zelfgekochte stereosysteem. Destijds was ik niet een echte audiofiel te noemen, maar wist ik al wel dat ik een degelijke set wilde. Alleen het budget was beperkt, dus na wat zoeken (zonder internet toen!) kwam ik op een mooie set van Sony uit die Scheer en Foppen destijds tegen een mooie prijs in de schappen had staan. Het hart van dit systeem was de Sony TA-F220; een knappe 2x70 watt @ 8ohm versterker in het zwart.



Deze knaap is tot ergens 2000 in mijn bezit gebleven, waarna hij aan een vriend is verkocht. Overigens had ik bij deze versterker twee paar boxen; 1 paar wat het noemen niet wat is (no name stockpile speakers die wel hard gingen, maar niet bepaald verfijnd waren) en 1 paar oude Marantz speakers (ik dacht uit Imperial serie). Dat laatste paar klonk heel behoorlijk, maar had behoorlijk last van verlopen filters naar ik nu weet.

De Allures
Later heb ik een paar mooie Allure 100 (uit het Nederlandse Uden) en een paar Magnat Monitor 1000 er bij gekocht. Dat klonk al een heel stuk beter! De Allures staan overigens nu bij mijn zwager die ze nog met veel plezier gebruikt ;-)

....en de Magnats
Weer een sprongetje in de tijd. Inmiddels woonde ik samen met mijn vrouw, Edith. De wensen voor audio apparatuur waren inmiddels wat veranderd, want ook in huize Blom had de home entertainment zijn intrede gedaan. Zo kwam het dat ik op een mooie dag de portemonnee trok (tot ongenoegen van de vrouw ;-) en een mooie Onkyo kocht, waarvan ik het type niet meer weet. Het hele handeltje werd geïnstalleerd inclusief de Allure's en een paar kleine Mission als achterspeakers. Tjongejonge, wat was ik blij! Films klonken fantastisch en daar was ik toen heel content mee. De Onkyo bleek helaas een maandagmorgen exemplaar te zijn en sprong telkens in de thermische beveiliging. De winkel (Staffhorst Utrecht volgens mij) deed niet moeilijk en gaf me een andere mee die het heel lang bij ons heeft uitgehouden.
Daarna is mijn huidige home cinema versterker gekomen, de Marantz SR-5005, die er nog steeds staat. De zuilen zijn inmiddels verdwenen en vervangen door een 5.1 set van Monitor Audio (Vector), geheel in wit om de vrouw te behagen.
Een modern doolhof...

Toch groeide bij mij gedurende de jaren de ontevredenheid op het muziekvlak. Want hoewel de nieuwe versterkers super waren voor films, leverden ze veel in op het vlak van muziekbeleving. Muziek luisteren op een 5.1 systeem levert gewoonweg niet de ervaring van een degelijk stereosysteem (nee, ook niet in stereo modus!). Dat is natuurlijk een subjectief oordeel, maar daarnaast begon ook de ongelooflijke complexiteit van de 5.1 versterkers me een doorn in het oog te worden. Wie kent ze niet, de manuals die zo dik als een bijbel zijn en dan maar bidden dat je digitale passthrough werkt ;-) Nee, ik verlangde terug naar overzichtelijke degelijke versterkers waar je met je dikke vingers aan mocht zitten en met knoppen die zich met heerlijk voelbare stapjes laten regelen. Toen moest ik dus terugdenken aan de heerlijke Pioneer van mijn vader....
Dat gevoel heeft mee uiteindelijk een nieuwe hobby opgeleverd; het verzamelen van vintage versterkers en luidsprekers. Ik ga jullie daar in mijn andere blogs meer over vertellen!